16 januari 2024
Wist u dat de kiezen per dag maar 10 minuten op elkaar mogen staan?!
Afgelopen vrijdag hadden wij op de praktijk onze ‘intercollegiale dag’. Een jaarlijks event binnen Jordens Fysio Medisch Centrum waar een dag lang presentaties en praktijklessen worden gegeven aan elkaar. Het was weer een inspirerende dag. Een mooie presentatie van Annewieke Visser (Orofaciaal Fysiotherapeute i.o.) en Wouter van Bruggen (fysio-en manueel therapeut met kaakklacht als specialiteit) zet ik nu in de spotlights.
En dat is niet zomaar. Want dat er een specialisatie kaakfysiotherapie bestaat is niet bij iedereen bekend! Zo komt het dat ongeveer 21% van de Nederlanders wel eens last heeft gehad van kaakklachten maar dat slechts 2-4 % daar hulp voor gevraagd heeft.
‘Even de kiezen op elkaar en gaan!’ of ‘jezelf zitten verbijten’ of ‘je bijt je erin vast’. Allemaal uitdrukkingen van inzetten en spanningen. Het is dan ook logisch dat stress of spanning een grote rol kan spelen bij het ontstaan van kaakproblemen. Ook kunnen kaakproblemen te maken hebben met het kaakgewricht zelf. In het kaakgewricht zit namelijk een discus, een soort kraakbeenschijf. Deze discus kan verplaatst zijn waardoor geluiden in de vorm van knakken, kraken ontstaan. Ook kan het leiden tot een beperkte mondopening. Mogelijke oorzaken van kaakproblemen zijn abnormale gewoonten zoals: klemmen, knarsen, nagelbijten, lipbijten, wangbijten, kauwgom kauwen, penbijten, tongpersen tegen tanden of gehemelte aan. Wanneer we de mond open doen zien we tanden en kiezen die wellicht meedoen met de kaakklachten. Soms kan een kies zeer doen omdat er een uitstraling vanuit een kaakprobleem aanwezig is. Dus dan is er bij de tandarts niets te vinden.
Een zeer nauwe relatie met kaakklachten zijn ook de nek- en schouderklachten maar nekklachten in het bijzonder. Dan hebben we ook nog de invloeden vanuit de nek met betrekking tot hoofdpijnklachten en duizeligheid. Of de invloeden vanuit dit gebied met oorklachten en een piep in het oor. U leest het goed, het is heel complex allemaal.
Annewieke Visser en Wouter van Bruggen legden de verbanden met elkaar en leerden ons het topje van de ijsberg. Met andere woorden, wij weten nu wanneer wij patiënten kunnen doorverwijzen binnen ons team wanneer er sprake is van: pijn of vermoeidheid van de kauwspieren en kaakgewricht, pijn of het niet goed kunnen openen van de mond. Knappende, krakende of blokkeren van de kaakgewrichten. Overgevoelige of pijnlijke tanden en kiezen. Abnormale slijtage van het gebit. Dagelijkse hoofdpijnen aan de slapen. Mooi hè?!